Echt een sport.

Ken je dat spelletje nog van vroeger, waar je jouw broer of zus tot vervelens aan toe nadeed in woord en gebaar? Dat ging van het napraten, tot het nadoen van echte fysieke handelingen puur om de ander te laten ergeren. Dat lijkt redelijk irritant, maar het kan ook een basis zijn van een nieuwe sport. Ik heb het hier natuurlijk over het synchroonzwemmen. Een sport waar twee zwemmers precies dezelfde bewegingen op muziek maken, waarbij ze met hun hoofd geheel of gedeeltelijk onder water is. Een soort ballet onder water. Eerst was het door Cay Curtis geïntroduceerd tijdens de wereldtentoonstelling in 1934, maar na de tweede wereldoorlog werd de sport (mede door Hollywood) heel erg populair. Voor Cay Curtis kende men al het ‘trick’ zwemmen, maar dat werd nog niet gezien als sport. Want een sport is het.

Ga maar na. Je ligt onder water en je bent bezig onderste boven aan het dansen, terwijl jouw ‘danspartner’ naast jou precies hetzelfde moet doen. Dat vergt voorbereiding, discipline en heel veel trainen. Dit doe je niet zomaar, want je moet over een unieke combinatie van uithoudingsvermogen, zwemkunst en techniek beheersen. Kortom een sport. Maar wat is er nu leuk aan? De sport is nog niet echt populair in ons landje. In Nederland hebben we wel een afdeling synchroonzwemmen binnen de Koninklijke Nederlandse Zwembond, maar de sport is nog niet zo groot dat er een aparte bond voor is. Dat zou kunnen veranderen als er in Nederland een keer een kampioen opstaat om te laten zien, dat deze sport erg leuk is. Want dat spelletje van vroeger omzetten in een sport van wereldklasse is toch iets wat we allemaal willen. Ja, toch?